Bron van waarheid
Het is zondag 1 september, een zwoele zomeravond, 24 graden Celsius om 21.00uur. We zitten in de kuip van onze zeilboot en genieten van de zonsondergang. Vier luchtballonnen hangen hoog in de lucht. We volgen hun vlucht en trachten de reclame te herkennen.
Mijn
partner speelt muziek af via de JBL-box. Ik hoor het lied "Why can't we live together" van Timmy
Thomas. "Tell me why, tell me why, tell me why, why can't we live together. Everybody
wants to live together, why can't we live together! No more wars, no more wars,
no more war. Just a little peace in this world. … No matter, no matter what
color, you're still my brother. ….". Deze single draaide ik
grijs in 1973.
Ik was 12 jaar wanneer de Jom Kipoeroorlog
tussen Palestijnen en Israëlieten uitbrak. Dat nieuws sloeg in als een bom. Ik werd
boos en verdrietig tegelijk, kon zo weinig doen. Toen al besefte ik dat machthebbers
hun territoriumgedrag, het instinctmatig verdedigen van eigen grenzen of bezit, waanzinnig sterk kunnen laten gelden via oorlogsvoering. Ze veroorzaken daarbij massaal veel onrecht en zinloos
geweld, voor alle betrokken partijen.
Wat
nu met de Palestijnse bevolking in Gaza gebeurt, vijftig jaar later, vind ik apocalyptisch.
Deze situatie evenaart de acties in de getto's en concentratiekampen van de Nazi's
tijdens de tweede wereldoorlog. Toen waren er ook uithuiszettingen en
verhuizingen van grote groepen bewoners naar een verplichte, specifieke plek met
grenscontrole. Sinds 2006 bepaalde Israël strikt wie binnen of buiten mag in Gaza.
Nu is dit gebied zelfs volledig van de wereld afgesloten. Voedselbevoorrading,
medische hulp én waterlevering is onmogelijk. Als mensen één week zonder water
zijn, dan sterven ze. Kinderen en baby's bezwijken nog vlugger. Ondertussen
heerst in dit overbevolkt gebied ook officieel een hongersnood.
Bij de start van deze oorlog, in oktober 2023, zei ik onmiddellijk: 'Dit wordt een genocide!' en huilde tranen met tuiten. Met
die uitspraak ben ik niet meer alleen. Het vorig hoofd van de Israëlische
Nationale Veiligheidsraad zei ooit dat Gaza een concentratiekamp is. Ook de
Britse ex-premier David Cameron vergeleek onlangs Gaza met een
openluchtgevangenis. Het is een gevangenis met bewoners die voor tachtig procent
vluchtelingen zijn of kinderen en kleinkinderen
van vluchtelingen, die sinds 1948 uit Israël werden verdreven.
Welke leider op deze aardbol heeft
voldoende moed en invloed om dit onzinnig geweld in Gaza te stoppen! Wie kan vechtende
partijen doen stilstaan bij ieder zijn waarheid over situaties, het verschil doen
inzien en hen zo tot begrip voor elkaar brengen? Die eigen waarheid is steeds gekleurd
en subjectief. Oorlogsvoerders blijven daar hard in vastzitten. Feiten zijn
objectiever. De ideale waarheid ligt op de grens van het objectieve en het
subjectieve. Die is enkel te vinden als je daarover met elkaar in gesprek durft te gaan.
Heb ik zelf in mijn
wereldje nog met iemand een verschil in waarheid uit te klaren? Is dat in belang
van mijn wel-voelen of ook dat van een ander? Ga ik het gesprek aan? Hoe start ik dan? Of schrijf ik toch eerst een brief?
Foto: Marianne Van Tiggelen